Titel | Amara | |
Artikelnummer | 33099 | |
Dames (min/max) | 4 | |
Heren (min/max) | 4 | |
Personen | 8 | |
Auteur(s) | Engel, Ank | |
Categorie | Eenakter | |
Aantal blz | 32 | |
Genre | Toneelspelen | |
Duur (min.) | 40 Min. | |
Uitgever | Vink |
AMARA
33099 Eenakter door Ank Engel,
4 dames, 4 heren
Bert en Francien Vogelaar -een echtpaar uit Amsterdam- hebben 16 jaar
geleden een klein meisje geadopteerd uit Kenia. Zij heette Amara (betekenis;
liefde voor altijd) maar haar adoptieouders hebben er
Maria van gemaakt. Zij dachten dat het om een
weeskind ging, maar als Amara, inmiddels een tiener- op zoek gaat naar haar
achtergrond, ontdekt ze dat haar vader nog leeft. Hij heet John Kenyatta. Zijn
vrouw stierf bij de geboorte van Amara. Het kind werd naar een weeshuis
gebracht zonder zijn toestemming. Hij is al jaren op zoek naar zijn enige kind.
Op een dag nemen Bert en Francien een vluchteling op in hun huis. Nasir
is een jonge man uit Afghanistan. Hij hoort tot de uitgeprocedeerde
asielzoekers. Hij moet terug naar zijn land, maar zijn papieren zijn niet in
orde en hij leeft al jaren op straat als Bert en Francien hem in huis nemen.
Met de beste bedoelingen zorgen zij voor Maria en Nasir, maar zij zijn
ook zeer bemoeizuchtig. Nasir was in het begin heel dankbaar, maar
langzamerhand heeft hij echt genoeg van het geknuffel van zijn gastheer en
gastvrouw. Maria begrijpt hem heel goed, want zij is een tiener, die ook niet
graag heeft dat haar ouders haar zo in de gaten houden en zij is boos omdat zij niet
willen dat zij op zoek gaat naar haar biologische vader, bang als ze zijn dat
ze hun enige kind kwijtraken. Zo nu en dan bemoeit Cornelia Vogelaar, een zuster van Bert, zich
met de zaak. Zij is van goede wil, maar ze loopt soms wat achter de feiten
aan. Amara vindt zelf wel dat ze het moet waarderen en dat het lief bedoeld is,
maar zij heeft niet altijd geduld om tante Cors ideeën aan te horen.
Als Nasir uiteindelijk besluit dat hij nog liever op straat slaapt dan
bij de familie Vogelaar te blijven en zijn spullen pakt om te vertrekken, wil
Maria met hem mee, maar dat kan hij niet toestaan. Ze geeft hem een
afscheidsgedicht, dat zij voor hem heeft geschreven. Hij vraagt haar of zij het
voor hem kan zingen en dat doet ze. Dan wordt het wel moeilijk haar achter te
laten. Als zij de rugzak pakt, die zij al klaar heeft staan, gaat op dat moment
de bel. Er staat een onbekende, donkere man voor de deur. Hij zegt met
trillende stem: ‘Amara!’ Het is John Kenyatta, de
biologische vader van Amara en de eerste die haar bij haar echte naam noemt.
Amara stelt hem voor aan Nasir. Dan komt de adoptiemoeder van Amara thuis, die
erg schrikt. Zij ziet de rugzak van haar dochter en gaat ervan uit dat
zij van plan was met haar vader mee te gaan. Er ontstaat een hevige
ruzie. Nasir ziet tijdens het gekrakeel kans weg te glippen met zijn rugzak.
Amara wordt hierover heel boos, want zij vraagt zich af waar Nasir naartoe
moet. Weer onder de brug? Ze wil hem achterna, maar botst tegen haar
adoptievader op, die de oplossing van alle problemen wel weet. John krijgt de
kamer van Nasir. Dan kan hij bij zijn dochter blijven.
Moeder vindt het een heel goed idee en zij neemt al weer actie om John te
vertroetelen tot grote schrik van Amara, die opeens ziet dat Nasir haar
afscheidsgedicht op de tafel heeft laten liggen. John neemt het haar uit
handen, leest het en vertelt Amara dat haar moeder een prachtige zangstem had.
Wil ze laten horen hoe het klinkt? Dan kunnen ze het refrein allemaal samen
zingen.